Ik stap de deur uit en zie het meteen:

Er is iets veranderd. Alle fietsen staan ineens aan de kant van de voordeuren geparkeerd in plaats van tegen de loze muur aan de overkant.

Het ziet er gek uit want het zijn er te veel. De fietsen zijn gewoon pal tegen de voordeuren aangezet.

Omdat ze niet op de grond liggen concludeer ik dat het geen dronkemanswerk is. Dat gebeurt namelijk ook regelmatig: dat alle fietsen van de straat ’s nachts om worden getrokken. Dat is grappig.

Maar nu zijn ze netjes verplaatst. En als ik ’s middags thuiskom staan er ineens lege halfronde cirkels tegen de eerst lege loze muur.

Aan tafel raden we wat het zou kunnen zijn. Zoon oppert; als je ze op z’n kant legt zijn het net skateboard-baantjes. Mijn eerste gedachte is: nieuwe design ligbaden voor het hotel aan de overkant? En ja, ook de optie plantenbakken wordt genoemd maar die wordt meteen verworpen vanwege teveel bezwaren:

• De hoogte; precies goed om blikjes in te gooien en drugs in te verstoppen bij de wekelijkse razzia.

• Elk weekend gaan er fietsen om; vul maar in wat er met de plantjes gaat gebeuren.

• De bakken zijn te breed voor de straat; dit kan toch nooit goedgekeurd worden door de brandweer?!

• De vorm van de bakken: door dat halfronde ontstaan er tussen de bakken precies hoekjes waarin je van alles kunt doen wat wij als buurt niet willen: Pissen, kotsen en dealen.

Planten in de straat zijn fijn, dat staat voorop. Die plantjes moeten ook ergens instaan. Ook duidelijk. Ik had nooit gedacht dat je zo goed moet nadenken over de vorm van openbare plantenbakken.

Blijkbaar zijn er meer mensen die daar niet over nadenken. Maar die wonen dan ook niet in mijn straat.

Praten jullie aan tafel ook wel eens over je straat? Vertel het hieronder!